Ireen Thomas

luit & romantische gitaar

Het begon op jeugdige leeftijd met de gitaar, maar aan het Koninklijk Conservatorium Den Haag stapte Ireen Thomas (Apeldoon, 1956) over op de luit en studeerde bij Toyohiko Satoh met wie zij later de Catalogue of Contemporary Lute Music publiceerde. Verder droegen cursussen en privéles bij Hopkinson Smith bij aan verfijnd luitspel.

Contemplations

Hoe begint iets..., waarschijnlijk ligt het begin bij de lang gekoesterde wens om Satie's Gymnopedies en Gnossiennes te spelen.

Dan volgt de vraag: met welke luitmuziek combineer ik Satie? Al snel was het antwoord de 17e eeuwse Musicien Ordinaire du Roi Robert Ballard, onmiskenbaar franse en ook koninklijke muziek en misschien vooral door dat laatste klinken Ballards werken net als die van Satie, ongestoord door aardse beslommeringen. De afstand van bijna 300 jaar tussen de twee Parijzenaars lijkt soms te vervagen

Het werd tijd voor iets compleet anders met toch een duidelijke verbinding: Frankrijk en vooral Parijs.

Waarom niet?: Fernando Sor en zijn intense romantische Fantaisie Elégiaque voor gitaar met zijn in klank gestolde emoties mocht als een 'beide benen op de grond' contrast fungeren met de ijle klanken van Ballard en Satie.

Dankbaar heb ik, voor het ontwerp van de cd-omslag, gebruik gemaakt van een gedicht van Victor Hugo en de naam van zijn dichtbundel Les Contemplations inspireerde me om de cd Contemplations te noemen.

Herfstbloei van de luit

Johann Friedrich Daube, Rudolf Straube en Ferdinand Seidel componeerden in een tijd waarin het uitdrukken van individuele gevoelens een belangrijke drijveer was. Het individu staat centraal, terwijl voordien kerkelijke en wereldlijke majesteit inspiratiebron waren.

Van de polyfonie wendt men zich af: ze wordt als te verstandelijk ervaren. De melodie wordt de drager van de gevoelens, de harmonie wordt ondergeschikt daaraan.

Gelijktijdig met deze muzikale verandering worden nieuwe instrumenten ontwikkeld zoals bijv. de forte-piano en komt het openbare muziekleven meer en meer tot bloei.

De luit vindt hierin geen plaats en wordt langzamerhand als ‘ouderwets’ ervaren.

In de Duitse landen hield men in deze periode, die van ca. 1740 tot ca. 1770 loopt, ondanks alle veranderingen de luit nog enkele decennia in ere. Typerend voor de ‘herfstbloei’ van de luit is de respectabele hoeveelheid sonates voor luit solo. Ook in kamermuziekwerken van bijv. J. Krebs, J.B. Hagen, Toeschi en G. Haydn speelde de luit een rol van betekenis.

In haar nadagen sprak de luit nog even een nieuwe taal, moest zich zowaar uitbundig tonen en beleefde zo een prachtige ‘herfstbloei’.

Bestellen

De …